Prenatale blootstelling aan cannabis werd geassocieerd met een verhoogd risico op neuropsychologische aandoeningen, waaronder angst en depressie, bij kinderen. Het risico neemt toe naarmate ze de adolescentie en volwassenheid betreden.
Dit blijkt uit onderzoek van de afdeling Psychologische Brain Sciences’ BRAIN Lab, geleid door Ryan Bogdan, universitair hoofddocent in Arts & Sciences aan de Washington University in St. Louis.
De bevindingen, gepubliceerd op maandag 12 september 2022 in de Journal of the American Medical Association, Pediatrics, zijn een vervolg op onderzoek uit 2020 van het Bogdan-lab waaruit bleek dat jongere kinderen die prenataal waren blootgesteld aan cannabis, iets meer kans hadden om onder andere slaapproblemen, een lager geboortegewicht en lagere cognitieve prestaties te hebben.
In beide gevallen is het effect het sterkst als we kijken naar blootstelling aan cannabis nadat de zwangerschap bekend was. Om te bepalen of deze associaties aanhielden toen de kinderen ouder werden keerde David Baranger, een postdoctoraal onderzoeker in het BRAIN Lab, terug naar de meer dan 10.500 kinderen uit de analyse van 2020. Ze waren in 2020 gemiddeld 10 jaar oud.
Stoornissen door cannabis na jaren nog actief
De gegevens over de kinderen en hun moeders kwamen uit de Adolescent Brain and Cognitive Development Study (ABCD Study), een lopend onderzoek onder bijna 12.000 kinderen, beginnend toen ze 9-10 jaar oud waren, en hun ouder of verzorger. De studie, die wordt gefinancierd door de National Institutes of Health en hun federale partners, begon in 2016, toen deelnemers werden ingeschreven op 22 locaties in de Verenigde Staten.
Deze schijnbaar kleine verandering in leeftijd – van 10 tot 12 – is een belangrijke. “Tijdens de eerste golf waren het nog maar kinderen. Nu gaan ze de adolescentie naderen, “zei Baranger. “We weten dat dit een periode is die veel invloed kan hebben op de geestelijke gezondheid.”
Een analyse van de meer recente gegevens toonde geen significante veranderingen in het aantal psychiatrische aandoeningen naarmate de kinderen ouder werden; ze blijven een groter risico lopen op klinisch psychiatrische stoornissen en problematisch middelengebruik naarmate ze later in de adolescentie komen.
“Zodra ze 14 of 15 zijn, verwachten we een verdere toename van psychische stoornissen of andere psychiatrische aandoeningen – toenames die zullen doorgaan tot in de vroege jaren twintig van de kinderen,” zei Baranger.
Bron: neurosciencenews.com (EN)
