Veel mensen hebben zich tot microdoseren gewend ondanks de onzekerheden die het met zich meebrengt. Het wordt bijvoorbeeld ingezet om ADHD symptomen te verlichten. Er is echter een voortdurende discussie over de vraag of de positieve resultaten van MD op het gebied van de geestelijke gezondheid eenvoudigweg een placebo-effect zijn.
De afgelopen vijf jaar is de praktijk van het microdoseren van psilocybine-paddenstoelen enorm in populariteit gestegen. Leidinggevenden op hoog niveau, moeders en psilonauten blijven verbeteringen melden op het gebied van geestelijke gezondheid, creativiteit en focus, terwijl klinische onderzoeken proberen de vermeende voordelen te valideren.
Het consumeren van kleine, sub-hallucinogene doses lijkt de mindfulness- en persoonlijkheidskenmerken te verbeteren bij volwassenen met ADHD die op deze gebieden worstelen. De verbeteringen blijven zelfs bestaan als mensen microdosering combineren met conventionele voorgeschreven medicijnen. Dit betekent dat men de psychedelische voordelen ervaart verweven met de farmaceutisch betrouwbaarheid van medicijnen. Een nieuwe benadering.
Microdoseren met ADHD
De meeste ADHD-patiënten beteugelen de symptomen met geneesmiddelen zoals Adderall, Ritalin en Concerta. Deze medicijnen verminderen de impulsiviteit en hyperactiviteit. Over het algemeen helpen ze volwassenen met ADHD echter niet bij het aanpakken van uitdagingen als in het moment zijn en het niet oordelen over hun soms negatieve gedachten. Mensen met ADHD worstelen vaak met emotionele instabiliteit en negativiteit in vergelijking met hun neurotypische tegenhangers. Medicijnen kunnen ook angst en stress veroorzaken. Vanuit psychedelisch perspectief zou microdosering mensen nieuwe mogelijkheden kunnen bieden om de volledige breedte van de symptomen te beheersen.
Nieuw onderzoek toont resultaat
Het onderzoek naar microdoseren, gepubliceerd in de Frontiers in Psychiatry Journal, verzamelde gegevens van 233 mensen met behulp van een online prospectief naturalistisch ontwerp. De meeste mensen hadden een ADHD-diagnose. De rest meldde ernstige symptomen. Ongeveer een derde gebruikte dagelijks ADHD-medicatie.
Tijdens het onderzoek gebruikten de meeste deelnemers (77,8%) een microdosis psilocybine-paddenstoelen of truffels met een gemiddelde dosis van 722 mg. Twaalf namen lysergamiden (bijvoorbeeld 1P-LSD, ALD-52) in een dosis van 17,5 microgram (μg), en de rest consumeerde standaard LSD in een hoeveelheid van 12 μg.
Het team speculeert dat er mogelijk verschillende factoren zijn die de gemiddelde dosis kunnen hebben beïnvloed, waaronder mogelijke interactie met meth-light-substanties zoals Adderall, die mogelijk de effecten van een lagere dosis kunnen beïnvloeden. Bovendien kunnen factoren als psilocybinegevoeligheid en ontwikkelde tolerantie ook een rol hebben gespeeld. Het zou interessant zijn om meer gegevens te onderzoeken over wat de gemiddelde dosis beïnvloedde. Maar laten we teruggaan naar het onderzoek in kwestie.
In het onderzoek werden de mindfulness- en persoonlijkheidskenmerken vanaf het begin beoordeeld en vervolgens twee en vier weken na het starten van het protocol. Deelnemers rapporteerden hun ervaringen met behulp van gevalideerde metingen.
Onderzoekers veronderstelden dat microdoseren de mindfulness zou vergroten, oftewel het bewust zijn van en aandacht besteden aan gedachten, gevoelens en sensaties van het huidige moment zonder overdreven te reageren. Ze dachten ook dat microdosering de consciëntieusheid, extraversie, vriendelijkheid en openheid zou verbeteren en tegelijkertijd het neuroticisme zou verminderen. Sommige resultaten kwamen overeen met de verwachtingen van de onderzoeker. Anderen waren verrassend.
Na vier weken kwamen de deelnemers met ADHD beter overeen met de algemene bevolkingsgemiddelden. Ze vertoonden meer opmerkzaamheid, vooral door bewust te handelen en niet te oordelen over innerlijke ervaringen. Ze scoorden ook lager op neuroticisme of emotionele instabiliteit. Na twee weken scoorden de deelnemers die conventionele ADHD-medicatie slikten lager op het gebied van mindfulness dan de niet-medicinale cohort. Vier weken microdoseren bracht de balans echter in evenwicht met gelijke verbeteringen, ongeacht het farmaceutische gebruik.
Bovendien hadden comorbide diagnoses, zoals depressie, angst en PTSS, geen invloed op de algehele voortgang. In tegenstelling tot de verwachtingen bleven de persoonlijkheidskenmerken van de deelnemers, zoals vriendelijkheid en openheid, echter grotendeels onveranderd.
Nieuwe behandelmethoden
Het gebrek aan verandering in de persoonlijkheid roept vragen op over het vermogen van microdoseren om een betekenisvolle impact te hebben op ADHD-uitdagingen. De resultaten waren echter in verschillende opzichten nog steeds significant. Ten eerste suggereren ze dat microdosering veranderingen kan veroorzaken in stabiele eigenschappen zoals mindfulness en neuroticisme.
Verder impliceert het feit dat ADHD-medicatie deze veranderingen niet beïnvloedde dat microdoseren verschillende therapeutische routes zou kunnen bieden die kunnen voortbouwen op het huidige behandelmodel. Deze ontdekking zou meer gepersonaliseerde behandelmodellen mogelijk kunnen maken, waarvan sommige een ‘en-en’-benadering omvatten, waaronder traditionele medicijnen en psychedelica.
De studie is slechts een kleine stap in het leveren van de bewijslast. Niettemin opent het nieuwe wegen voor het verkennen van holistische benaderingen van het omgaan met ADHD. Het maakt ook duidelijk dat mensen veilige, experimentele opties hebben waar ze misschien nog nooit aan hebben gedacht.
Bron: psychedelicspotlight.com (EN)
